Bij nacht op kasseien, een stil decor, Voetstappen fluisteren, gaan steeds door. Lichtjes dansen op de oude straat, Een nachtelijk schouwspel, dat niemand verlaat.
Schaduwen spelen in het maanlichtspel, Kasseien bewaren verhalen wel. Voetstappen echoën in de stille straat, Onder lichtjes die de nacht omarmen, zacht.
Bij nacht ontwaakt de stad in mysterie, Voetstappen weven een nachtgedicht, vrij. Kasseien getuigen van de tijd voorbij, Lichtjes schilderen een droom in de nacht, blij.